De maandelijkse juridische nieuwsbrief van Vlaamse Polders en Wateringen brengt U op de hoogte van alle verschenen juridische nieuwigheden van de afgelopen maand inzake leefmilieu en waterbeleid.


v.z.w. Aktiegroep Leefmilieu Rupelstreek (ALR) / Deputatie van de Provincie Antwerpen
R.v.St., 14 februari 2013, 7e K., nr. 222475


De vergunde inrichting, een discotheek, ligt volgens de geldende bepalingen van het gewestplan in agrarisch gebied. Een discotheek is geen agrarisch of para-agrarisch bedrijf. De vergunde inrichting is dus onverenigbaar met de bestemmingsvoorschriften die gelden in agrarische gebieden. De bestreden beslissing vermeldt geen decretale regel die in het gegeven geval toelaat om de milieuvergunning te verlenen in afwijking van de gewestplanvoorschriften. Het besluit tot het verlenen van een vergunning wordt dan ook vernietigd.



16.09.2013 V. nr. 444 (K.): Zwembaden - Veiligheid
GOFFIN Philippe
Vice-Eerste Min. en Min. van Economie, Consumenten en Noordzee, VANDE LANOTTE Johan *


Het Vlaamse en het Waalse Gewest hebben een reglementering die eisen oplegt voor de veiligheid van publieke zwembaden. Zo vereist het VLAREM II bijvoorbeeld dat de rechtstreekse toegang tot de zwembadrand vanuit de kleedkamers of de recreatiezones, zich bij voorkeur ter hoogte van het ondiepe gedeelte van het bad bevindt. Indien dit niet het geval is, moet een hindernis een directe toegang tot het diepe deel verhinderen.


V. en A.,K.,21.10.2013,2012-2013,(132),194-195



n.v. Martens hout / Vlaamse Gewest
R.v.St., 14 februari 2013, 7e K., nr. 222503


De terugsaneerwaarde die is vooropgesteld in het conformiteitsattest van het bodemsaneringsproject werd niet bereikt. Het bereiken van de vooropgestelde doelen is onmogelijk met de in het bodemsaneringsproject voorziene maatregelen. Daaruit volgt dat het bestuur geen andere keuze had dan de eindverklaring te weigeren en aan de eigenaar van de grond op te leggen om alternatieven te onderzoeken en een voorstel ter zake te doen.



Stad Menen / Vlaamse Gewest
R.v.St., 16 februari 2012, 7e K., nr. 218018


Een bedrijf voor de recuperatie van non-ferrometalen en de verwerking van afgedankte elektrische en elektronische apparaten vraagt een milieuvergunning aan voor het veranderen van de inrichting. De exploitatie zal zorgen voor stofhinder. Om deze hinder binnen aanvaardbare grenzen te houden, worden er enkele bijkomende exploitatievoorwaarden opgelegd, bovenop de in de milieuvergunningsaanvraag vervatte preventieve voorzieningen. De overheid moet niet motiveren waarom ze bepaalde andere voorwaarden niet oplegt en moet evenmin elke maatregel uit de Beste Beschikbare Technieken-studie als bijzondere exploitatievoorwaarde opnemen.



31.10.2013 Uitvoeringsbesluit nr. 2013/635/EU wijz. Beschikkingen 2005/734/EG, 2006/415/EG en 2007/25/EG wat de geldigheidsduur daarvan betreft
Europese Commissie


De vastgestelde maatregelen inzake vogelgriep in de beschikkingen 2005/734/EG, 2006/415/EG en 2007/25/EG, zijn van toepassing tot en met 31.12.2013. Er blijven echter uitbraken van hoogpathogene aviaire influenza van het subtype H5N1 bij in het wild levende vogels en pluimvee in derde landen voorkomen, hetgeen ook een risico vormt voor de gezondheid van mens en dier binnen de Unie. De geldigheidsduur van de Beschikkingen 2005/734/EG, 2006/415/EG en 2007/25/EG wordt daarom tot en met 31.12.2015 verlengd.


Publ.E.U.,05.11.2013,L293/40-41



Het omgevingsvergunningendecreet ontleed
BUIJS Xavier
VERBANCK Steven


Er is momenteel een voorontwerp van decreet dat de milieuvergunning en de stedenbouwkundige vergunning verenigt in de omgevingsvergunning. In dit boek bespreken de auteurs de grote lijnen van deze vergunning en welke impact de invoering hiervan zal hebben op de werking van de gemeente.


Brussel:Politeia,(Pockets Lokale besturen),2013,[paginering onbekend]



HOLSBEEK Peter / Vlaamse Gewest
R.v.St., 2 februari 2012, 7e K., nr. 217679


Sectorale wetgeving (zoals het bosdecreet) kan een impact hebben op de realisatie van de bestemming in het gewestplan. In bepaalde gevallen leidt sectorale wetgeving er zelfs toe dat de bestemming niet kan worden gerealiseerd. Het feit dat ontbossing niet ontoelaatbaar is op basis van de ruimtelijke bestemming (agrarisch gebied) houdt dus niet in dat de ontheffing van een ontbossingsverbod moet worden toegestaan. De vraag of de eigenaar op de bewuste percelen al of niet effectief een landbouwactiviteit zal kunnen uitoefenen is dan ook niet relevant.



Het beroep tot vernietiging van art. 13 van het Dec. van het Vlaamse Gewest 13.07.2012 houdende wijz. van het Energiedecreet 08.05.2009, wat betr. de milieuvriendelijke energieproductie
Grondwettelijk Hof, 13 november 2013, arrest nr. 154/2013


Het Hof vernietigt art. 13 en 15, 2°, van het decreet 13.07.2012 tot wijziging van het Energiedecreet van 08.05.2009, wat betreft de milieuvriendelijke energieproductie. Het decreet legt namelijk een tariefmaatregel op in het kader van het energiebeleid, waarvoor de federale overheid exclusief bevoegd is (art. 6, par. 1, VII, lid 2, d), van de wet 08.12.1980).



01.07.2013 V. nr. 684 (Vl. P.): Volkstuinparken - Agrarisch gebied
PEETERS Dirk
Min.-President van de Vlaamse regering en Vlaams minister van Economie, Buitenlands Beleid, Landbouw en Plattelandsbeleid, PEETERS Kris *


De inrichting van volkstuintjes is volgens de huidige regelgeving niet vatbaar voor vergunning in het agrarisch gebied. Volkstuintjes zijn immers een onderdeel van een grotere woonkern, en niet van de beroepslandbouw. In volgende bestemmingen zijn volkstuintjes en de bijhorende infrastructuur wel vergunbaar: parkgebieden, bufferzones, gemengde open ruimte gebieden, gebieden voor dagrecreatie, gebieden voor verblijfsrecreatie, gebieden voor gemeenschapsvoorzieningen en openbare nutsvoorzieningen, ...


Websitebulletin Vragen en Antwoorden Vlaams Parlement - Zitting 2012-2013

www.vlaamsparlement.be



12.07.2013 V. nr. 751 (Vl. P.): Bosdecreet - Ontbossing en compensatie
BOTHUYNE Robrecht
Vlaams Min. van Leefmilieu, Natuur en Cultuur, SCHAUVLIEGE Joke *


Voor ontbossing in een gebied waarvoor een bosbeheerplan is opgesteld, is art. 90bis van het Bosdecreet onverkort van toepassing. Er is een stedenbouwkundige vergunning nodig, in bepaalde gevallen voorafgegaan door een ontheffing van het ontbossingsverbod. Voor ontbossing in een erkend natuurreservaat geldt er een uitzondering op deze regeling. Art. 47 van het Bosdecreet voorziet dat in afwijking van de stedenbouwkundige vergunningsplicht voor ontbossing, zoals bepaald in art. 4.2.1, 2°, VCRO, er voor ontbossing in natuurreservaten waarvoor een beheerplan is goedgekeurd op grond van het Natuurdecreet, alleen een voorafgaande melding bij het ANB vereist is, op voorwaarde dat deze ontbossing voorzien is in het beheerplan.


Websitebulletin Vragen en Antwoorden Vlaams Parlement - Zitting 2012-2013

www.vlaamsparlement.be



13.09.2013 BVR wijz. BVR 19.11.2010 houdende algemene bepalingen over het energiebeleid, wat betreft de invoering van een steunregeling voor nuttige groene warmte
Vlaams Min. van Energie, Wonen, Steden en Sociale Economie, VAN DEN BOSSCHE Freya *


In het kader van het Actieplan Groene Warmte wijzigt dit besluit het Energiebesluit, voor de invoering van een steunregeling voor nuttige groene warmte. Bedoeling is onder meer een verhoogde ecologiesteun in te voeren voor nieuwe groene technologieën. Inhoudelijk werd de steunregeling omgevormd van exploitatiesteun naar investeringssteun.


B.S.,20.11.2013,2e uitgave,V.183,(340),86226-86232



13.09.2013 BVR wijz. BVR 19.11.2010 houdende algemene bepalingen over het energiebeleid, wat betreft de invoering van een steunregeling voor injectie van biomethaan
Vlaams Min. van Energie, Wonen, Steden en Sociale Economie, VAN DEN BOSSCHE Freya *


In het kader van het Actieplan Groene Warmte wijzigt dit besluit het Energiebesluit, voor de invoering van een steunregeling voor de injectie van biomethaan. Bedoeling is onder meer een verhoogde ecologiesteun in te voeren voor nieuwe groene technologieën. Inhoudelijk werd de steunregeling omgevormd van exploitatiesteun naar investeringssteun.


B.S.,20.11.2013,2e uitgave,V.183,(340),86237-86240



13.09.2013 BVR wijz. BVR 19.11.2010 houdende algemene bepalingen over het energiebeleid, wat betreft de invoering van een steunregeling voor restwarmte
Vlaams Min. van Energie, Wonen, Steden en Sociale Economie, VAN DEN BOSSCHE Freya *


In het kader van het Actieplan Groene Warmte wijzigt dit besluit het Energiebesluit, voor de invoering van een steunregeling voor restwarmte. Bedoeling is onder meer een verhoogde ecologiesteun in te voeren voor nieuwe, groene technologieën. Inhoudelijk werd de steunregeling omgevormd van exploitatiesteun naar investeringssteun.


B.S.,20.11.2013,2e uitgave,V.183,(340),86244-86248



n.v. Van Gansewinkel / Openbare Vlaamse Afvalstoffenmaatschappij (OVAM)
R.v.St., 18 april 2013, 7e K., nr. 223209


Een bedrijf gespecialiseerd in afvalbeheer vraagt een vergunning voor het overbrengen van opruimafval naar een afvalverwerkingsinstallatie in Nederland. De Openbare Vlaamse Afvalstoffenmaatschappij (OVAM) tekent hier bewaar tegen aan. OVAM beweert dat de roosteroven in Nederland specifiek gebouwd is voor het verwijderen van afvalstoffen. Het gaat echter om een installatie waar nuttige toepassing kan plaatsvinden, goedgekeurd door de Nederlandse overheid. De beslissing is dan ook nietig.



Gemeente Westerlo / Vlaamse Gewest
R.v.St., 18 april 2013, 7e K., nr. 223216


Electrabel verkrijgt een milieuvergunning voor de exploitatie van twee windturbines. In beroep worden een aantal bijzondere vergunningsvoorwaarden gewijzigd. De turbines zouden in agrarisch gebied komen. De vergunningverlenende overheid kan bij het verlenen van een stedenbouwkundige vergunning of een verkavelingsvergunning in een gebied dat sorteert onder de voorschriften van een gewestplan, afwijken van de bestemmingsvoorschriften (art. 4.4.9 VCRO). Deze mogelijkheid bestaat echter niet bij een milieuvergunningsaanvraag. Op basis hiervan kan een vergunning dus niet afgeleverd worden voor turbines in agrarisch gebied.



HOLVOET Jan en crts / Vlaamse Gewest
R.v.St., 18 april 2013, 7e K., nr. 223206


Een vinylverwerkend bedrijf dient een milieuvergunningsaanvraag in voor de exploitatie van drie windturbines. In beroep wordt deze vergunning verleend. Voor de verandering van een vergunde inrichting moet een vergunning worden aangevraagd wanneer de verandering een toevoeging betreft (art. 6bis, par. 1, Vlarem I). Een toevoeging is het vergroten in opslagcapaciteit, in drijfkracht of in oppervlakte op percelen, waarop de geldende vergunning geen betrekking heeft. Dit is hier niet het geval, aangezien het bedrijf ook zonder de betrokken windturbines kan blijven functioneren zoals voorheen.



BORRIZEE Freddy en crts / Vlaamse Gewest
R.v.St., 2 mei 2013, 7e K., nr. 223346


Art. 11, par. 2, milieuvergunningsdecreet bepaalt dat op initiatief van het college van burgemeester en schepenen voor alle vergunningsplichtige inrichtingen een informatievergadering kan worden georganiseerd. In dit geval betreft het geen inrichting waarvoor een milieueffect- of veiligheidsrapport moest worden opgemaakt. Een informatievergadering was bijgevolg niet verplicht. Gebeurlijke onvolkomenheden aan een niet verplichte vergadering kunnen dus niet leiden tot de vernietiging van de milieuvergunning.



Modelovereenkomst voor samenwerking gemeente/afvalintercommunale en kringloopcentrum
Vereniging van Vlaamse Steden en Gemeenten (VVSG)


VVSG en Komosie (de koepel van milieuondernemers in de sociale economie) hebben deze modelovereenkomst voor de samenwerking tussen kringloopcentra en gemeenten of afvalintercommunales opgesteld. Die zat vroeger vervat in de milieucovenant, die in 2014 echter geen opvolger krijgt. Het model bevat de belangrijkste elementen waar afspraken over gemaakt moeten worden. Het model is vergezeld van een toelichtende nota.


www.vvsg.be - Geraadpleegd op 21.11.2013



15.11.2013 KB waarbij de windhoos en de rukwinden met een lokaal karakter die op 05.02.2013 schade hebben aangericht op het grondgebied van de provincies Oost- en West-Vlaanderen als een algemene ramp worden beschouwd en waarbij de geografische uitgestrektheid van deze ramp wordt afgebakend
Vice-Eerste Min. en Min. van Binnenlandse Zaken en Gelijke Kansen, MILQUET Joëlle *


De windhoos en rukwinden met een lokaal karakter die op 05.02.2013 schade hebben aangericht in de provincies Oost- en West-Vlaanderen worden beschouwd als een algemene ramp die de toepassing rechtvaardigt van art. 2, par. 1, 1°, van de wet 12.07.1976 betreffende het herstel van zekere schade veroorzaakt aan private goederen door natuurrampen. De geografische uitgestrektheid van de ramp is beperkt tot de volgende gemeenten: Oosterzele, Ardooie en Meulebeke.


B.S.,22.11.2013,2e uitgave,V.183,(344),86922



15.11.2013 KB wijz. KB 24.01.2013 waarbij de overvloedige regenval die heeft plaatsgevonden van 4 tot 08.07.2012 op het grondgebied van de provincies Antwerpen, Henegouwen, West-Vlaanderen, Oost-Vlaanderen en Namen als een algemene ramp wordt beschouwd en waarbij de geografische uitgestrektheid van deze ramp wordt afgebakend
Vice-Eerste Min. en Min. van Binnenlandse Zaken en Gelijke Kansen, MILQUET Joëlle *


De geografische uitgestrektheid van het KB 24.01.2013 wordt uitgebreid met de gemeenten Ardooie en Wervik. In het KB 24.01.2013 wordt de overvloedige regenval die heeft plaatsgevonden van 4 tot 08.07.2012 op het grondgebied van de provincies Antwerpen, Henegouwen, West-Vlaanderen, Oost-Vlaanderen en Namen als een algemene ramp beschouwd en wordt de geografische uitgestrektheid van deze ramp afgebakend.


B.S.,22.11.2013,2e uitgave,V.183,(344),86923



02.08.2013 V. nr. 784 (Vl. P.): Verwarmingsinstallaties - Verplicht onderhoud
VERSTREKEN Johan
Vlaams Min. van Leefmilieu, Natuur en Cultuur, SCHAUVLIEGE Joke *


De regelgeving inzake centrale stooktoestellen is opgenomen in het BVR 08.12.2006 betreffende het onderhoud en het nazicht van stooktoestellen voor de verwarming van gebouwen of voor de aanmaak van warm verbruikswater. Dit besluit maakt deel uit van de omzetting van de Europese richtlijn 2010/31/EU van 19.05.2010 betreffende de energieprestatie van gebouwen.


Websitebulletin Vragen en Antwoorden Vlaams Parlement - Zitting 2012-2013

www.vlaamsparlement.be



12.08.2013 V. nr. 1378 (Vl. P.): Gewestwegen - Wateroverlast
VAN MECHELEN Dirk
Vlaams Min. van Mobiliteit en Openbare Werken, CREVITS Hilde *


De code van goede praktijk voor het ontwerp, de aanleg en het onderhoud van rioleringssystemen is de handleiding voor Aquafin, rioolbeheerders, gemeenten en studiebureaus bij het ontwerpen van rioleringsinfrastructuur. De code moet ervoor zorgen dat de verschillende onderdelen van het rioleringssysteem consistent ontworpen, op elkaar afgestemd en beheerd worden. De herziening van de code was een belangrijke maatregel voor het verzekeren van de capaciteit van onze waterafvoersystemen.


Websitebulletin Vragen en Antwoorden Vlaams Parlement - Zitting 2012-2013

www.vlaamsparlement.be



13.08.2013 V. nr. 771 (Vl. P.): Plattelandsfonds - Uitvoeringsmodaliteiten
CALLENS Karlos
Min.-President van de Vlaamse regering en Vlaams minister van Economie, Buitenlands Beleid, Landbouw en Plattelandsbeleid, PEETERS Kris *


De vraagsteller peilt naar het besluit ter uitvoering van het Plattelandsfondsdecreet. De minister geeft een antwoord op een reeks vragen over dit besluit. Zo voorziet het onder andere in de samenwerking tussen gemeenten. Begunstigde gemeenten kunnen hiervoor ook samenwerken met niet-begunstigde gemeenten.


Websitebulletin Vragen en Antwoorden Vlaams Parlement - Zitting 2012-2013

www.vlaamsparlement.be



27.08.2013 V. nr. 835 (Vl. P.): Natuurrampen en overstromingen - Risicomanagement
DE MEYER Jos
Vlaams Min. van Leefmilieu, Natuur en Cultuur, SCHAUVLIEGE Joke *


De Europese overstromingsrichtlijn verplicht de gemeenten niet dat zij de overstromingsrisico's aan hun inwoners aangeven. De opmaak van de overstromingsrisicobeheerplannen is een gewestelijke bevoegdheid. De Europese richtlijn voorziet in coördinatie en afstemming. Deze coördinatie is via het decreet integraal waterbeleid toegewezen aan de Internationale Scheldecommissie en de Internationale Maascommissie.


Websitebulletin Vragen en Antwoorden Vlaams Parlement - Zitting 2012-2013

www.vlaamsparlement.be



15.07.2013 V. nr. 983 (Vl. P.): Sportinfrastructuur - Beleidsdomeinoverschrijdende aanpak
DILLEN Marijke
Vlaams Min. van Financiën, Begroting, Werk, Ruimtelijke Ordening en Sport, MUYTERS Philippe *


In het decreet 11.05.2012, dat een aantal wijzigingen aanbracht aan de VCRO, werd in art. 4.4.4., par. 2, opgenomen dat lawaaisporten tijdelijk kunnen toegelaten worden op bedrijventerreinen in havengebieden waar de bedrijfsbestemming nog niet is gerealiseerd. Er werden wel duidelijke voorwaarden aan gekoppeld. Zo mag bijvoorbeeld de latere realisatie van de bedrijfsbestemming niet in het gedrang komen.


Websitebulletin Vragen en Antwoorden Vlaams Parlement - Zitting 2012-2013

www.vlaamsparlement.be



FIDENATO Giorgio
Cour Just. Comm. Eur., 8 mai 2013, n° C-542/12


La mise en culture de variétés du maïs MON 810 autorisées en vertu de l'art. 20 du règlement n° 1829/2003 et inscrites au catalogue commun en application de la directive 2002/53 ne saurait être soumise à une procédure nationale d'autorisation. L'art. 26bis de la directive 2001/18 ne permet pas à un État membre de s'opposer à la mise en culture sur son territoire de tels organismes genetiquement modifies (OGM) au motif que l'obtention d'une autorisation nationale constituerait une mesure de coexistence visant à éviter la présence accidentelle d'OGM dans d'autres cultures.


Deze mail wordt U gratis aangeboden door de Vereniging van Vlaamse Polders en Wateringen. Indien U deze niet langer meer wenst te ontvangen, stuur dan een mailtje naar: mail@vvpw.be