279415 | 28.02.2014 Dec. houdende diverse bepalingen inzake leefmilieu en natuur - Decreet houdende maatregelen inzake het grondwaterbeheer (art. 17, 18, 19, 20 en 21)
Vlaams Min. van Leefmilieu, Natuur en Cultuur, SCHAUVLIEGE Joke

BS 2014-03-25, (2e uitg.)

Het decreet grondwaterbeheer voorziet een heffingsvrijstelling voor bronbemalingen die noodzakelijk zijn voor het gebruik en/of de exploitatie van gebouwen of bedrijfsterreinen en waarvoor een milieudeskundige een hydrologisch attest aflevert. Deze bepaling wordt afgestemd op de nieuwe erkenningsregeling. Volgens de aangepaste tekst moet het hydrologisch attest voortaan worden uitgereikt door een erkende MER-deskundige in de discipline water.

Er is geen overeenstemming tussen de handhavingsbepalingen in het Grondwaterdecreet. De teksten van art. 11 (toezichtbepaling) en 29 (strafbepaling) van het Grondwaterdecreet en art. 16.1.1., 12° van het DABM zijn niet eenduidig. Deze artikelen met betrekking tot de handhavingsbepalingen worden verduidelijkt en beter op elkaar afgestemd. Door de expliciete vermelding dat het DABM van toepassing is op de Grondwaterdecreet tenzij anders bepaald wordt de tekst eenduidig gemaakt.

De grondwaterindex wordt afgestemd op de index die geldt voor de oppervlaktewaterheffing. Voortaan zal de grondwaterindex berekend worden op basis van de consumptie-index van november in plaats van december.

Aan art. 28decies wordt een par. 8 toegevoegd waarin bepaald wordt dat het kohier uitvoerbaar is tegen diegene die een verzoek tot aanpassing van de naam op het heffingsbiljet indient.

Hiertoe worden de art. 11, 28ter, 28quater, 28decies en 29 van het decreet 24.01.1984 houdende maatregelen inzake het grondwaterbeheer gewijzigd.