247288 | V.B. / Middenkustpolder en gemeente Middelkerke
Pol. Brugge, 10 juni 2009, 3e K.

Het loutere feit dat het proces-verbaal van het verkeersongeval is opgesteld door een betrokken verbalisant (een inspecteur van politie die op de autowasdag aanwezig was op de speelplaats als medewerker voor het goede doel), maakt dit proces-verbaal nog niet nietig, maar ontneemt het wel de bijzondere bewijswaarde bepaald in art. 62 Wegverkeerswet. Het bewuste proces-verbaal kan nog steeds als inlichting in aanmerking worden genomen, en de bewijswaarde ervan dient te worden onderzocht met eerbiediging van het recht van verdediging.

De bewijswaarde van een proces-verbaal, dat opgesteld is door een verbalisant die betrokken partij is, is niet dezelfde als wanneer het proces-verbaal wordt opgesteld door een onafhankelijke en neutrale politiedienst.

Een polderbestuur is eigenaar van een weg, maar stelde deze de facto ter beschikking van de aangelanden, die deze weg op eigen kosten lieten aanleggen en asflateren. Hierdoor zijn deze aangelanden en niet het polderbestuur bewaarster van de weg in de zin van art. 1384, eerste lid, Burg.W. omdat zij er voor eigen rekening gebruik van kunnen en mogen maken en het genot ervan hebben en zelf instonden voor de aanleg en bijgevolg ook het onderhoud ervan.

Het feit dat de gemeente bijna veertig jaar geleden bereid werd gevonden om riolering aan te leggen, maakt ook haar geen bewaarster van de weg in de zin van art. 1384, eerste lid, Burg.W.

De zin en de betekenis van art. 135, par. 2, NGW is dat de gemeente instaat voor de veiligheid van openbare wegen op haar grondgebied, en niet moet instaan voor de veiligheid op private wegen die sporadisch en dan nog zonder uitdrukkelijke toelating en hoogstens uit gedoogzaamheid van de private gebruikers, door anderen worden gebruikt dan door de normale gebruikers.