316356 | 24.11.2017 BVR houdende vaststelling van de maximale rentabiliteitsoppervlakten, vermeld in de pachtwetgeving
Vlaams Min. van Omgeving, Natuur en Landbouw, SCHAUVLIEGE Joke *

BS 2017-12-12, (2e uitg.)

Dit besluit legt de maximale rentabiliteitsoppervlakten vast, beoogd in de pachtwetgeving. Ter herinnering: wanneer de pachter zijn hoofdberoep in de landbouw heeft, kan de rechter weigeren de opzegging geldig te verklaren, wanneer de totale geƫxploiteerde oppervlakte van het landbouwbedrijf van de aanstaande exploitant boven deze maximale oppervlakte komt te liggen.

De maximale rentabiliteitsoppervlakten, vermeld in art. 12.7 van boek III, titel VIII, hoofdstuk II, afdeling 3, van het Burg.W., worden als volgt vastgesteld:

  • Antwerpen:
    • polders 125 ha;
    • zandstreek 130 ha;
    • Kempen 115 ha;
  • Vlaams Brabant:
    • zandstreek 135 ha;
    • Kempen 120 ha;
    • zandleemstreek 145 ha;
    • leemstreek 210 ha.
    • Limburg:
      • Kempen 120 ha;
      • zandleemstreek 160 ha;
      • leemstreek 200 ha;
      • grasstreek 130 ha.
    • West-Vlaanderen:
      • duinen 130 ha;
      • polders 130 ha;
      • zandstreek 125 ha;
      • zandleemstreek 150 ha;
      • leemstreek 205 ha.
    • Oost-Vlaanderen:
      • polders 120 ha;
      • zandleemstreek 165 ha;
      • zandstreek 130 ha;
      • leemstreek 215 ha.

    Het BVR 07.09.2012 houdende vaststelling van de maximale rentabiliteitsoppervlakten, vermeld in de pachtwetgeving wordt opgeheven (zie doc. nr. 268812).

  •  

     link