216732 | 16.06.2006 Dec. betr. het oprichten van de Vlaamse Grondenbank en houdende wijziging van diverse bepalingen
Min.-President van de Vlaamse regering en Vlaamse Min. van Institutionele Hervormingen, Landbouw, Zeevisserij en Plattelandsbeleid, LETERME Yves
Vlaams Min. van Openbare Werken, Energie, Leefmilieu en Natuur, PEETERS Kris

BS 2007-02-09, (1e uitg.)

Dit decreet bakent de doelstellingen, middelen en bevoegdheden van de Vlaamse Grondenbank af. Daarnaast formuleert het een aantal wijzigings- en overgangsbepalingen.

Binnen de Vlaamse Landmaatschappij wordt een afdeling Vlaamse Grondenbank opgericht.

De Vlaamse Grondenbank heeft als taak:

  1. het ontvangen en ter beschikking stellen van informatie met betrekking tot de decretale rechten van voorkoop en koopplichten op de wijze zoals bedoeld in titel III;
  2. het uitoefenen van de decretale rechten van voorkoop zoals bedoeld in titel IV, hoofdstukken I en VI, op verzoek van de bevoegde administratieve overheden van het Vlaamse Gewest
  3. het vervullen van de decretale koopplichten zoals bedoeld in titel IV, hoofdstukken I en VII.
De voornaamste troeven van de Vlaamse Grondenbank kunnen als volgt samengevat worden:
  • De elf rechten van voorkoop waarover de Vlaamse overheid beschikt, zijn momenteel onvoldoende op elkaar afgestemd. De Vlaamse Grondenbank stelt voor dat deze rechten van voorkoop centraal aan de Vlaamse Grondenbank worden aangeboden en oefent de rechten van voorkoop op vraag van de bevoegde instanties centraal uit, in voorkomend geval in opdracht van de Vlaamse Regering.
  • De zeven decretale koopplichten waarover de Vlaamse overheid en haar instellingen beschikken moeten momenteel aangeboden worden bij verschillende instanties wat voor verwarring kan zorgen. De Vlaamse Grondenbank zal optreden als centrale instantie voor het aanbieden en vervullen van de decretale koopplichten.
  • Het centraal informatiesysteem zal, via de toepassingen die erop gebaseerd kunnen worden, voor de Vlaamse overheid, voor de instrumenterende ambtenaar en voor de burger zorgen voor een belangrijke verbetering van de informatieverstrekking. Dit past in de één-loketfilosofie van de overheid.
  • Via de Vlaamse Grondenbank zal de Vlaamse overheid vlotter dan vandaag het geval is, kunnen inspelen op aanbiedingen. De lange en stroeve procedures verminderen op heden de bereidheid tot verkoop aan de overheid, waardoor belangrijke dossiers gemist worden.
  • Het aantal conflicten tussen de ruimtegebruikers in de natuurlijke structuur zal dalen omdat dit nieuwe instrument nieuwe oplossingsmogelijkheden biedt op plaatsen waar de reeds voor handen zijnde instrumenten te kort schieten.
  • De performantie van de overheid bij de realisatie van afbakenings- en inrichtingsprojecten zal verbeteren en het draagvlak bij de burger zal vergroten.
  • Uitruilmogelijkheden zullen een volwaardig alternatief vormen voor onteigening.

nvdr: De Vlaamse Regering wordt belast met de coö rdinatie van de bepalingen van het decreet 18.05.1999 houdende de organisatie van de ruimtelijke ordening (DRO) (doc. nr. 152627). De coö rdinatie krijgt het opschrift 'Vlaamse codex ruimtelijke ordening' en treedt in werking op 01.09.2009 (zie doc. nr. 240386).
Voor de concordantietabel klik hier
Voor de lijst met de niet in de Codex opgenomen, voorbijgestreefde bepalingen: klik hier.

Wijzigingsbepalingen:

Dit decreet wijzigt art. 6, 1bis en 5 van het decreet 21.12.1988 houdende oprichting van de Vlaamse Landmaatschappij. Ook art. 3 en 56 van de wet 22.07.1970 op de ruilverkaveling van landeigendommen worden gewijzigd. Art. 76, tweede lid, van de wet 12.07.1976 op de ruilverkaveling uit kracht van de wet bij de uitvoering van grote infrastructuurwerken wordt gewijzigd. Art. 2, 63, 66, 67, 68 en 195quater van het decreet 18.05.1999 houdende de organisatie van de ruimtelijke ordening worden gewijzigd.
Art. 2, 37, 38, 39 en 42 van het decreet 21.10.1997 betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu worden gewijzigd. Art. 2, 85, 86 en 87 van het decreet 15.07.1997 houdende de Vlaamse Wooncode worden gewijzigd. Art. 12 van het decreet 02.03.1999 houdende het beleid en het beheer van de zeehavens, wordt gewijzigd. Art. 2, 15quinquies, 15sexies, 15octies van het decreet 23.01.1991 inzake de bescherming van het leefmilieu tegen de verontreiniging door meststoffen, worden gewijzigd. Art. 5, par. 8 van het decreet houdende bekrachtiging van het BVR 16.11.1994 betreffende de definitieve aanwijzing van de beschermde duingebieden en van de voor het duingebied belangrijke landbouwgebieden, en houdende wijziging van de wet 12.07.1973 op het natuurbehoud, wordt gewijzigd. Art. 3, 12, 14, 15, 16 en 17 van het decreet 18.07.2003 betreffende het integraal waterbeleid worden gewijzigd.
Art. 12 van het decreet 13.12.2002 houdende de oprichting van de naamloze vennootschap van publiek recht Beheersmaatschappij Antwerpen Mobiel wordt gewijzigd. Art. 34 van het decreet 16.04.1996 betreffende de landschapszorg wordt gewijzigd. Art. 8 van de wet 19.06.1978 betreffende het beheer van het Linkerscheldeoevergebied ter hoogte van Antwerpen en houdende maatregelen voor het beheer en de exploitatie van de haven van Antwerpen wordt gewijzigd. Art. 2, 10, 11, 13 en 14 van het decreet 02.04.2004 betreffende de omzetting van de Dienst voor de Scheepvaart in het publiekrechtelijk vormgegeven extern verzelfstandigde agentschap De Scheepvaart worden gewijzigd. Art. 2, 28bis van het decreet 04.05.1994 betreffende het publiekrechterlijk vormgegeven extern verzelfstandigde agentschap Waterwegen en Zeekanaal, naamloze vennootschap van publiek recht worden gewijzigd.

Overgangsbepalingen:

De uitoefening van de rechten van voorkoop bedoeld in art. 19 gebeurt volgens de huidige procedures in de respectievelijke wetten of decreten, indien:

  • bij overeenkomsten, vóór de datum van inwerkingtreding van titel IV, hoofdstuk VI, van dit decreet, reeds het recht van voorkoop werd aangeboden aan de bevoegde instantie bepaald in deze respectievelijke wetten of decreten;
  • bij openbare verkopen, vóór de datum van inwerkingtreding van titel IV, hoofdstuk VI, van dit decreet, reeds openbare verkoopverrichtingen zijn aangevat. Het bewijs hiervan kan met alle middelen worden geleverd.
Het vervullen van de koopplichten zoals bedoeld in art. 20 van dit decreet gebeurt volgens de huidige procedures in de respectievelijke wetten of decreten, indien het onroerend goed of de onroerende goederen, die het voorwerp uitmaken van deze koopplichten, aan de bevoegde instanties zijn aangeboden vóór de datum van inwerkingtreding van dit decreet.

nvdr: Het decreet 23.01.1991 inzake de bescherming van het leefmilieu tegen de verontreiniging door meststoffen werd opgeheven op 01.01.2015 door het decreet 12.06.2015 tot wijziging van het decreet 22.12.2006 houdende de bescherming van water tegen de verontreiniging door nitraten uit agrarische bronnen (zie doc. nr. 293617).

 

 link link